Publicatie Laka-bibliotheek:
Nota kernenergie; Opwekking elektriciteit door middel van kernenergie

AuteurMin. EZ, J.Zijlstra
1-01-0-00-94.pdf
Datumjuli 1957
Classificatie 1.01.0.00/94 (ALGEMEEN)
Voorkant

Uit de publicatie:

                       INLEIDING                                        De volgende verdragen werden inmiddels gesloten:
                                                                           1. Verdrag tot oprichting van een Europese organisatie voor
   Nu de ontwikkeling van de kernenergie ten behoeve van                kernfysisch onderzoek (C.E.R.N.), gesloten te Parijs op 1 juli
vreedzame doeleinden zover is voortgeschreden dat uit de fase           1953;
van voorbereidend onderzoek tot het stadium van de praktische             2. Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en
toepassing kan worden overgegaan is naar de mening van de               de Verenigde Staten van Amerika betreffende het niet-militair
regering het tijdstip aangebroken uitvoeriger dan in de afge-           gebruik van atoomenergie, gesloten te Washington op 18 juli
lopen jaren mogelijk was stil te staan bij de vraagstukken,             1955 ( ••eerste overeenkomst");
welke zich voor Nederland op dit nieuwe gebied voordoen,
waarbij het in deze nota met name gaat om meer technische                 3. Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en
en economische problemen. Hij stelt zich derhalve voor door             de Verenigde Staten van Amerika betreffende het niet-militair
middel van deze nota een inzicht te verschaffen in de beteke-           gebruik van atoomenergie- gesloten te Washington op 22 juni
nis van de kernenergie en in de weg, welke naar zijn oordeel in         1956 ("tweede overeenkomst");
ons land moet worden gevolgd om tot een zo spoedig mogelijke              4. Overeenkomst houdende de Statuten van het Studiesyn-
 toepassing van deze nieuwe energiebron te geraken. Hierdoor            dicaat voor de bouw van een Europese fabriek voor de afschei-
wordt tevens voldaan aan de toezegging. welke de ondergete-             ding van uranium-isotopen, gesloten te Brussel op 7 septem-
 kende tijdens de behandeling van Hoofdstuk X van de Rijks-             ber 1956;
 begroting 1957 in de Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft               5. Het Statuut van een Internationale Atoomorganisatie, ge-
 gedaan inzake het openbaar maken van een programma be-                 tekend te New York op 26 oktober 1956;
 treffende de ontwikkeling in Nederland op het gebied van de               6. Het Verdrag tol oprichting van de Europese Gemeen-
toepassing van kernenergie.                                             schap voor Atoomenergie (Euratom), gesloten te Rome op
    Hij heeft gemeend zich in deze nota te moeten beperken tot          25 maart 1957.
de toepassing van kernenergie t.b.v. de elektriciteitsvoorziening
en de daarmede verband houdende activiteiten, aangezien                    De nog plaatsvindende besprekingen in het kader van de
slechts de ontwikkeling van deze toepassing zover is gevorderd          0.E.E.S. inzake de samenwerking op kemenergetisch gebied
dat zij reeds in de naaste toekomst in Nederland met vrucht             zullen ongetwijfeld binnenkort eveneens tot resultaten leiden.
ter hand zal kunnen worden genomen.                                     In hoofdstuk IV wordt van de internationale samenwerking
    Deze beperkte opzet van de nota betekent geenszins dat de           een kort overzicht van feitelijke aard gegeven.
ondergetekende de andere vormen van toepassing minder be-                  Naast deze overeenkomsten- waarbij de Nederlandse regering
langrijk acht. Deze lenen zich echter in het huidige stadium            partij is, kunnen nog worden vermeld de overeenkomsten,
naar zijn mening nog niet voor een behandeling als in deze nota         welke de Stichting Reactor-Centrum Nederland met medewer-
is beoogd voor de toepassing t.b.v. de elektriciteitsvoorziening.       king van de regering heeft gesloten met enkele buitenlandse
    De toepassing van stralingen en het gebruik van radio-iso-          instellingen, waarop in hoofdstuk III, § 2, nader wordt terug-
 topen vinden reeds op ruime schaal op verschillende gebieden           gekomen.
plaats. Een behandeling van de daarmede verband houdende                   De overheid zal erop moeten toezien dat de werkzaamheden
vraagstukken valt naar de mening van de ondergetekende even-            in internationaal en nationaal verband op doelmatige wijze op
eens buiten het kader van deze nota.                                    elkaar zijn afgestemd.
                                                                           Ten aanzien van de binnenlandse ontwikkeling zal het een
                Taak van de centrale overheid                           voorname taak van de overheid zijn er naar te streven dat geen
                                                                        versnippering van krachten plaatsvindt en dat een zo hecht
   Bij de beoordeling van de taak van de centrale overheid op           mogelijke samenwerking van alle bij de kernenergetische ont-
het gebied van de kernenergie dient naar de mening van de               wikkeling betrokken partijen tot stand wordt gebracht. Met
ondergetekende te worden uitgegaan van de in ons land be-               betrekking tot het onderzoek en de ontwikkeling van kern-
staande maatschappelijke verhoudingen, waarbij voor de cen-             reactoren en hun toepassingen werd dan ook, gelijk bekend,
trale overheid geen overheersende positie is weggelegd op het           met krachtige steun van de overheid in 1955 het R.C.N. op-
gebied van wetenschap, onderzoek en voortbrenging. In het               gerich4 waarin een vrijwillige samenwerking tot stand werd ge-
algemeen beperkt de taak van de overheid zich op deze ge-               bracht van de Staat, de Stichting voor Fundamenteel Onder-
bieden tot het stimuleren, ondersteunen en coördineren van de           zoek der Materie (F.O.M.), de N.V. tot Keuring van Electro-
activiteiten van de verschillende maatschappelijke groeperingen,        technische Materialen (K.E.M.A.) te Arnhem en een 46-tal
alsmede waar nodig tot het ste11en van regelen. De ondergete-           ondernemingen.
kende acht geen reden aanwezig om met betrekking tot de                    De ondergetekende is ervan overtuigd dat de destijds ge-
kernenergie en haar toepassingsmogelijkheden af te wijken van           kozen opzet juist is geweest, mede omdat deze geheel past in
bovenomschreven gedragslijn. De kernenergie vormt immers                het beeld, dat de samenwerking tussen overheid, wetenschap
noch voor wat betreft het onderzoek en de ontwikkeling noch             en bedrijfsleven op het gebied van onderzoek en ontwikkeling
voor wat betreft de toepassing een op zichzelf staand gebied,           in het algemeen te zien geeft. Op de verhoudingen van de ver-
hetwelk geheel los kan worden gezien van de bestaande weten-            schillende groeperingen binnen het R.C.N. en de mate, waarin
schap en techniek.                                                      het Rijk hieraan financieel deelneemt, zal in hoofdstuk III
   De ondergetekende is er zich van bewust dat er in Neder-             nader worden teruggekomen.
land evenals in de meeste Westeuropese landen een grote                    De ontwikkeling van de kernenergie is in hoge mate afhan-
achterstand bestaat ten aanzien van de kernenergetische ontw            kelijk van het beschikbaar zijn van voldoende deskundigen.
wikkeling. In verband hiermede en gezien de zware technische               Ven.vacht wordt dat de opleiding van personeel op lager en
en financiële eisen, welke deze ontwikkeling stelt, zullen alle         middelbaar technisch niveau geen direct probleem zal vormen,
belanghebbende partijen zich grote inspanningen moeten ge-              daar dit door bijscholing of korte cursussen zich de nodige
troosten.                                                               kennis en bekwaamheid zal kunnen eigen maken. Ten aanzien
   Van de centrale overheid zaJ een sterk stimulerende werking          van de opleiding van academisch gevormd personeel zullen
moeten uitgaan, terwijl zij anderzijds de voorwaarden dient te          zeker bijzondere maatregelen nodig zijn. Voor het R.C.N. zal
scheppen voor een zo ruim mogelijke ontplooiing van het par-            hier een belangrijke taak zijn weggelegd.
ticuliere initiatief.                                                      Ondergetekendes ambtgenoot van Onderwijs. Kunsten en
   In de internationale verdragen, welke Nederland heeft ge-            Wetenschappen heeft een commissie ingesteld teneinde op korte
sloten of bij de voorbereiding waarvan ons land is betrokken,           termijn advies uit te brengen over de vraag, welke maatregelen
is de mogelijkheid voor het particuliere bedrijfsleven ruim-            in Nederland moeten worden getroffen om de opleiding te ver-
schoots aanwezig om eigen activiteiten te ontwikkelen en deel           zekeren van voldoende deskundigen op het gebied van de kern-
te nemen aan gemeenschappelijke projecten.                              fysica, met name met het oog op de praktische toepassingen.