Categoriearchief: Klei

Plannen voor de opslag van kernafval in kleilagen. Zie ook de publicaties in de catalogus en in Laka’s tijdschriften-bestand Adder.

Radioactieve afvalberging in kleilagen?


Men is nog niet goed op de hoogte van de (im)permeabiliteit van Rupel- en Boomse kleilagen*

(gastbijdrage) Gedurende de ontstaansperiode in het Oligocene tijdperk tot ver er na zijn er in deze klei een aantal horizonten ontstaan (water en mineraalvoerend) met daarin een ontwikkeling van versteende klei-lenzen Septaria of ook wel 'kleibroden' genoemd.
In deze klei is door onderlinge verbinding via water (vloeistof) spiegels mineralisatie ontstaan in de vorming van Calciet en Pyriet /of Marcasiet afzetting in de holten van deze Septaria. Een en ander geeft aan, dat er zich wel degelijk een uitwisseling van sporen in wat voor vorm dan ook door deze kleilagen door verspoeling kan verspreiden/ Misschien niet alleen door grondwater, maar door spanningswater op grote diepte onder zogenaamde water-afsluitende lagen.
De halveringstijd van radioactieve stoffen is te lang om op een degelijke wijze te kunnen toetsen of deze kleilagen voor de gestelde langen bewaringstermijn wel veilig genoeg zal zijn.
Net ten zuiden van de Zeeuws-Vlaamse grens en de monding van de Rupel is er een gebied waar de klei niet meer voorkomt en dus aan alle kanten kan “lekken”. Bovendien zijn de breuken in de Roerdalslenk ook geen garantie voor ondoordringbaarheid, naar boven en naar onderen. Lees verder

Ook provincie Overijssel tegen ondergrondse opslag kernafval

Met het bericht afgelopen week dat de Covra de kleilagen onder (delen van) Overijssel geschikt vindt voor de opslag van radioactief afval is de publicatie van de Omgevingsverordening van de provincie interessant. Daar staat namelijk in dat ze niet mee zullen werken aan de opslag van radioactief afval in de bodem. Dat hebben ondertussen ook meer provincies vastgelegd.
Lees verder

Kleilagen volgens Covra geschikt voor kernafval

Volgens kernafvalbeheerder Covra kan het Nederlands radioactief afval opgeslagen worden in Boomse Klei. Die kleilaag op minimaal 500 meter diepte, met minimaal 100 meter dikte is bijvoorbeeld te vinden onder de Noordoostpolder, de Kop van Overijssel, onder Veluwe en de Gelderse en Overijsselse IJsselstrook. De Stentor schrijft vandaag dat de provincies Overijssel, Flevoland en Gelderland tégen eventuele geologische eindberging van radioactief afval zijn onder hun grond zijn. Lees verder

Boomse klei en Noord-Brabant

KernafvalOndanks alle goede beloften is de provincie Noord-Brabant weer niet op de hoogte gesteld van de Belgische plannen voor de opslag van radioactief al in de Boomse klei net over de grens.
In december vorig jaar was de provincie onaangenaam verrast toen bleek dat Belgie een serie proefboringen ging doen. Ook toen had niemand dat de provincie laten weten. Noord-Brabant wil liever dat Belgie onderzoek doet naar een andere kleilaag (de dieper gelegen Ieperiaanse klei), “vanwege de extra isolatie en het ontbreken van zoet grondwater op die diepte”. Lees verder

TNO-rapport: Friese klei best voor opslag kernafval?

KernafvalMet die onthulling komt de Leeuwarder Courant vanmorgen op de voorpagina. Dat de Boomse klei onder de Zuid-Friese plaatsen (Terwispel, Steggerda, Sneek en Bantega) het beste is blijkt uit een recent op de website van de COVRA-gepubliceerd rapport. Een vijfde gebied ligt onder Ens in de Noordoostpolder. Onder het dorp Ternaard (Noord-Friesland) ligt ook nog eens een van de beste plek voor de opslag in zout.
Tot voor enkele jaren was zout het favoriete medium om kernafval in op te slaan, maar daar is nu kentering in: Boomse klei is het helemaal. Aangezien Boomse klei vooral in Brabant (Belgisch en Nederlands) voorkomt en België in Mol, niet ver van de Nederlandse grens daar al lang onderzoek naar doet, leek Noord-Brabant een logische keus. Maar zowel gemeentes als bijvoorbeeld de drinkwater bedrijven hebben al laten weten dat ze dat geen goed idee vinden en er vierkant tegen zijn. Uit de bureaustudie blijkt dat in Brabant en Limburg de kans op contact met grondwater groter is en de ondergrond veel breuklijnen kent.
Het TNO-rapport is de weerslag van alle bestaande kennis. Die houdt niet over en dat vermelden de auteurs ook. De onderzoekers houden veel slagen om de arm bij gebrek aan aardmonsters en meting van grondwaterstromingen. Lees verder