De pogingen om het Nederlandse deel van uraniumverrijkingsfabriek Urenco te verkopen zitten muurvast. Hoewel Nederland en het Verenigd Koninkrijk akkoord waren gegaan met verkoop via de beurs, wilde mede-eigenaar Duitsland dat niet en ging het verdrag niet door. Minister Kamp sluit niet uit dat de Brexit nieuwe impulsen kan geven aan het verkoopproces, maar acht het niet waarschijnlijk. Het kabinet laat nu alle opties over hoe verder met Urenco onderzoeken. De minister beantwoordde afgelopen week de vragen uit de vaste Kamercommissie.
Terwijl Urenco een contract heeft afgesloten waardoor het bedrijf meewerkt aan de productie van kernwapens in de VS, in strijd met in elk geval de geest van alle afgesloten verdragen, keuvelt minister Kamp in de antwoorden op de Kamervragen wat weg over het belang van het waarborgen van “publieke belangen van non-proliferatie en veiligheid” bij een eventuele verkoop van Urenco.
In 2013 besloot de Nederlandse regering tot verkoop van het Nederlandse deel van het internationale Urenco. Urenco verrijkt uranium en heeft wereldwijd ongeveer een marktaandeel van 30 %. Waarmee het na het Russische Tenex de belangrijkste speler is in de markt van het bruikbaar maken van uranium voor gebruik in kerncentrales. De publieke belangen moesten bij de verkoop dan wel wettelijk geborgd worden. In juni publiceerde Kamp de wettekst die het uiteindelijk door de weigering van Duitsland akkoord te gaan met verkoop via de beurs, niet haalde. Minister Kamp beantwoorde de afgelopen week de vragen naar aanleiding daarvan.
Kamp laat in deze antwoorden –eindelijk onomwonden, tot nu toe bleef men daarover uiterst vaag- weten akkoord te zijn gegaan met verkoop van Urenco op de beurs. Maar omdat Duitsland haar been stijf hield, ging dat tenslotte niet toch door. “Voor Nederland en het Verenigd Koninkrijk was het opnemen van de mogelijkheid van een beursnotering – onder bepaalde voorwaarden – acceptabel. Voor de Duitse overheid was dit niet het geval”.
Veel van de vragen gingen natuurlijk over de vraag hoe verder?
Kamp houdt zich op de vlakte: “Alle oplossingsrichtingen worden momenteel verkend”. Maar dat “vergt een nauwkeurige analyse van het Nederlandse handelingsperspectief, waarover ik mij samen met de ministers van Financiën en Buitenlandse Zaken buig. Deze verkenning is nog niet afgerond. Zodra dat wel het geval is, zal ik uw Kamer daarover informeren.” Bijkopen van aandelen, zodat Nederland een meerderheid heeft –het CDA stokpaardje-, behoort tot die opties, laat Kamp weten.
Stable isotopes
Tot slot de interessante vraag van de SP-fractie over het bedrijfsonderdeel Stable Isotopes. Voor welk deel van de omzet zorgt dit onderdeel en kan het niet beter losgekoppeld worden van uraniumverrijkingsbedrijf Urenco? Een vraag ingegeven door de slechte situatie van de verrijkingsindustrie -te weinig kerncentrales en te veel verrijkingscapaciteit- en Stable Isotopes stabiele isotopen verrijkt (zuivert) voor o.a. de medische sector en als zelfstandig bedrijf verder zou kunnen.
Als antwoord begint de minister met de constatering dat Urenco geen cijfers geeft van vestigingen of bedrijfsonderdelen. Dat hadden wij ook al meerdere malen gemerkt en dus het aandeel van Stable Isotopes in de totale omzet onduidelijk blijft. Maar verder merkt de minister op: “Als Stabiele Isotopen een zelfstandig bedrijf zou zijn, met zijn eigen verrijkingstechniek en -activiteiten, blijft de noodzaak om voor dat bedrijf de publieke belangen van non-proliferatie en veiligheid via het publiek aandeelhouderschap te borgen.”
Dat nu, is wel vreemd: waarom zou dat zo zijn, het is dan een van de vele bedrijven die een “dual-use” technologie gebruiken (centrifuges), maar geen kernenergiewetvergunning nodig heeft, want niet met radioactieve stoffen werkt. Natuurlijk moet er toezicht zijn op het bedrijf ('borging van publieke belangen'), maar dat hoeft niet anders te zijn dan een vergunningsstelsel dat ook geldt voor bijvoorbeeld de wapenindustrie. En dat zijn gewoon commerciële bedrijven.
Kamp vervolgt op zijn Kamps: “Alleen als de verrijkingstechniek en –activiteiten bij URENCO zouden blijven, vervalt de noodzaak (om voor Stable Isotopes de publieke belangen van non-proliferatie en veiligheid via het publiek aandeelhouderschap te borgen, Laka). Deze businessunit c.q. het bedrijf is dan nog steeds geheel afhankelijk van URENCO voor de vervaardiging van zijn producten.” Dus dan is het niet nodig omdat het toch al zo is. Of zoiets.