Dertig werknemers van kerncentrale Doel wiens betrokkenheid bij de sabotage niet kan worden uitgesloten zitten al een jaar thuis op non-actief. Het onderzoek naar het opendraaien van een aflaatklep in de turbinezaal op 5 augustus vorig jaar levert nog niet veel op. De 50 cm lange hendel was van de klep afgedraaid en bleek er in een andere stand opnieuw opgezet te zijn. Zo leek het alsof de klep was gesloten, maar in werkelijkheid stroomde er 65.000 liter smeerolie weg in een opvangbad. Het hangslotje dat de klep beveiligde werd een paar dagen later ergens op het terrein in een prullenbak opengeknipt terug gevonden. Gevolg was dat de turbine zwaar beschadigd raakte en de kernreactor 4,5 maand stilgelegd moest worden. Schade word geschat op 120 miljoen.
Nu bijna een jaar later is het onderzoek nog in volle gang. Ongeveer 60 mensen die op dat moment in de turbinezaal aan het werk waren zijn gehoord in eerste instantie als getuige maar later. Later zijn een twintigtal mensen zijn in het voorjaar als potentiële verdachte opnieuw gehoord. Nu een jaar na de sabotage zitten er nog altijd 30 op non-actief thuis die de kernreactor niet meer in mogen.
Omdat het onderzoek is vastgelopen (er zijn geen camerabeelden, geen vingerafdrukken, geen DNA) zijn bijna alle ingenieurs, technici en andere werknemers die rond het moment van de sabotage aanwezig waren in de turbinezaal van Doel 4 twee maanden geleden uitgenodigd voor een verhoor met de leugendetector. Het gaat alles samen om een veertigtal mensen. Blijkbaar hebben maar vier mensen daarin toegestemd.