Ik herinner mij dat ik met Zjenja en haar vriendin Lena aan de wandel was, in het eindeloze bos bij haar datsja en dat Lenitsjka vertelde dat haar man nu in Iran was, waar hij werkte aan de bouw van een Russische atoomcentrale. Het was 2004. ‘O, in Bushehr, vroeg ik, ‘aan de Perzische Golf?’ ‘Ja’, antwoordde zij verrast. ‘Maar dat is toch ongepast’ ging ik verder ’want Iran kan er toch atoombommen van maken door het uranium verder te verrijken? Nog afgezien van het probleem van het radioactief afval?’ ‘Nee, dat is allemaal in orde en hij verdient er goed.’ Zjenja zweeg gedurende het gesprek, maar mij beving een onderhuidse onrust.
De organisatie waarover we toen spraken was Rosatom, het machtige Russische bedrijf voor atoomzaken, dat zelf ook de nucleaire wetten in Rusland kan vaststellen. Nu, twintig jaar later, begrijp ik pas echt hoe Rosatom Poetins belangrijke, met het leger verknoopte instrument is geworden om Ruslands macht in de wereld op te poken, ook in Europa.
Eindelijk heeft Joe Biden nu een importverbod van verrijkt uranium uit Rusland afgekondigd, twee-en-een-half jaar na het begin van de Poetins grote invasie in Oekraïne. Waarom zo laat? Van Russische olie en gas had Amerika zich toch al een maand na 24/2 los gemaakt?
Lees verder op de pagina van Roel van Duijn.