Vanmiddag heeft de Raad van State al uitspraak gedaan in de voorlopige voorziening van Laka tegen de vergunning om de kerncentrale Borssele 20 jaar in bedrijf te houden. Een vervelende uitspraak: geen inhoudelijke beoordeling van de argumenten maar een formele niet-ontvankelijk verklaring van Laka. Ook de persoon die Laka gemachtigd had is niet-ontvankelijk verklaard.
De bodemprocedure op 7 november, die voor ons altijd belangrijker is geweest dan de voorlopige voorziening, is hierdoor niet betroffen. Het verzuim is intussen hersteld, en in die zin hebben we er veel van geleerd. Wat ons betreft zal het dan ook op 7 november om de inhoudelijke argumenten gaan; een van die argumenten heeft te maken met de 20-km zone waar buiten mensen niet in beroep kunnen gaan bij de Raad van State omdat ze geen belanghebbende zouden zijn. We vinden dat een aanvechtbaar standpunt: veel van de mensen die zich bij ons gevoegd hebben in de procedure, wonen buiten die 20-km zone. Mensen, ver buiten die zone, kunnen slachtoffer worden van de kerncentrale. Zo was de hoeveelheid radioactief jodium-131 na het ongeval in Fukushima in het drinkwater van Tokio -op 200km afstand- groter dan de hoeveelheid die voor kleine kinderen als gezond wordt beschouwd. Zij, en dus ook hun ouders, zijn duidelijk belanghebbend. We gaan het tijdens de zitting ook hebben over het ontbreken van een milieueffectrapportage, over onduidelijkheden in de procedure en vergunning, over de technische staat van de kerncentrale, over de geldigheidsduur van de vergunning en over nog veel meer.
Op dus naar 7 november.