Publicatie Laka-bibliotheek:
Hittebarrière. Vijftig jaar plasmafysica bij FOM-Rijnhuizen 1959-2009

AuteurA.Vrouwe
6-06-1-20-Fu20.pdf
Datum2009
Classificatie 6.06.1.20/Fu20 (ATOOMLOBBY - NEDERLAND - BEDRIJVEN)
Voorkant

Uit de publicatie:

Voorwoord
Toen fom-Rijnhuizen werd gesticht, gebeurde de fysica in de stad.
De veelal universitaire laboratoria stonden op prominente plaatsen
in het centrum van steden: het voormalige Kamerlingh Onnes
laboratorium in Leiden en de laboratoria van Van der Waals
en Zeeman in Amsterdam zijn markante voorbeelden. In de jaren
zestig begon de opmerkelijke groei van de universiteiten en van
de natuurkundelaboratoria. In de steden ontbrak de ruimte en
de trek naar buiten begon. In die tijd zocht de Stichting Fundamenteel
Onderzoek der Materie (fom) naar een locatie voor het
Instituut voor Plasmafysica. In Utrecht was geen plaats meer en
de nieuwe locatie van de Universiteit van Utrecht, de Uithof, was
toen nog niet bekend. Het werd Jutphaas, dat later opgeslokt zou
worden door de groeigemeente Nieuwegein.
De beginnende uittocht van de bètastudies luidde ook de oprichting
van instituten in voor het doen van gericht onderzoek. Instituten
deden wat te groot, te complex en te langdurig leek voor
een universiteit; focus en massa avant la lettre. De instituten waren
autonoom binnen een koepelorganisatie, maar hadden altijd
bindingen met universiteiten. De eerste generatie directeuren
(net als de eerste generatie promovendi) was voor onbepaalde
tijd benoemd. Een groeiende pluriformiteit in de koepel fom en in
de maatschappij maakte het besturen van de instituten lastiger,
omdat de invloed van ‘buiten’ sterk toenam.