Gedeputeerde Staten van Noord-Holland hebben gisteren op de valreep kernreactor Pallas uitstel tot 1 januari 2022 verleend voor het terugbetalen van de lening van 40 miljoen euro. Pallas moest de leningen van de provincie en van het Rijk, samen 80 miljoen, namelijk vóór vandaag, 1 juli 2020, terugbetalen. Dit is de tweede keer dat de Provincie de terugbetaling heeft verdaagd. Eerder was door het uitblijven van investeerders, terugbetaling voor 1 januari 2019 uitgesteld tot vandaag. De mededeling van ex-minister Bruins, van juli vorig jaar, dat financiering van de nieuwe kernreactor zo ongeveer rond was, is dus een wassen neus. Opmerkelijk is dat de Tweede Kamer nog niet lijkt te zijn geïnformeerd over het nieuwe uitstel, terwijl het Rijk ook 40 miljoen heeft uitstaan in Petten.
Gisteren, in de laatste vergadering voor het zomerreces, hebben Gedeputeerde Staten van Noord-Holland ingestemd “met het verzoek van de Stichting Voorbereiding Pallasreactor tot een aanpassing van de leningsovereenkomst d.d. 18 december 2014 opdat de uiterste terugbetaaldatum uitgesteld wordt van 1 juli 2020 naar 1 januari 2022” en de "Provinciale Staten daarover te informeren". Een gelijksoortige brief van het Kabinet aan de Tweede Kamer over uitstel van terugbetaling is er niet.
Terugbetaling van de in 2012 door Rijk en Provincie verstrekte lening werd twee jaar geleden uitgesteld omdat er geen private investeerders waren. De minister vermeldde toen: “In 2019 zullen investeerders moeten besluiten over de (private) financiering van bouw en exploitatie van Pallas vanaf 2020.” Dat is dus niet gebeurd. En ondanks de mooie woorden van afgetreden minister Bruins van Medische Zorg vorig jaar (“Meerdere private partijen willen investeren in het project”) is de situatie nog steeds hetzelfde: er zijn geen financiers voor Pallas.
De provincie zit in een onmogelijke situatie, en kon eigenlijk niet anders dan Pallas' verzoek inwilligen. De uitbetaling van het laatste deel van de lening haalde het in 2018 met de hakken over de sloot, maar als Noord Holland nu de stekker uit Pallas trekt, betekent dat dat ze hun 40 miljoen waarschijnlijk definitief kwijt zijn.
Geld is op, hoe nu verder?
Eerder dit jaar werd al duidelijk dat er in een restpost ‘Overig beleidsmatig’ in de begroting van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een onbekend bedrag voor Pallas was opgenomen. Dit ‘overbruggingskrediet’ was noodzakelijk omdat de geleende 80 miljoen euro op is.
Het zal wel zo zijn dat investeerders in ieder geval wachten met instappen voordat alle vergunningen voor de Pallas-kernreactor rond zijn. In de brief van Bruins van vorig jaar wordt gesteld dat “[A]als vervolgens ook de vergunningen rond zijn, kan de bouw in de loop van 2021 starten”. Maar er zijn in ieder geval geen berichten dat Pallas bij de ANVS de Kernenergiewet-vergunning als heeft aangevraagd. Om nu nog te verwachten dat de bouw van de kernreactor al in 2021 kan beginnen, lijkt optimistisch.
Om een idee te geven over hoeveel de reactor daarmee vertraagd is: hieronder de planning uit 2013 toen de Europese Commissie besloot dat de staatssteun van 80 miljoen gerechtvaardigd was. (Overigens lijkt er noch voor de verlengingen van de lening noch voor het overbruggingskrediet toestemming van Europa te zijn gevraagd.)
In Laka's eerste Pallas-nieuwsbrief, van januari 2014 is de geschiedenis van Pallas tot 2014 beschreven.