Net verschenen het rapport van Nederland voor de zesde toetsingsbijeenkomst van het 'Gezamenlijk Verdrag inzake de Veiligheid van het Beheer van Bestraalde Splijtstof en inzake de Veiligheid van het Beheer van Radioactief Afval'. Een 130 pagina’s tellend overzicht van beleid en ontwikkelingen waarin af en toe zaken voor het eerst benoemd worden. Zo staat er nu dat Nederland onderzoek gaat doen naar de mogelijkheden en de wenselijkheid om radioactief afval te importeren voor opslag en eindberging. Zeeland als afvalputje?
The Joint Convention on the Safety of Spent Fuel Management and on the Safety of Radioactive Waste Management is een verdrag waar Nederland al vanaf het begin lid van is. Elke drie jaar is er een ‘review meeting’ waarvoor elk land in het jaar daar voor een uitgebreid rapport voor publiceert. Dat rapport is een overzicht van het beleid over gebruikte brandstof en radioactief afval. Bij de laatste Toetsingsbijeenkomst (in mei 2015) schreven we dit: "problemen en knelpunten worden steeds opnieuw gesignaleerd, maar niet opgelost".
Af en toe staat in dit (Engelstalig) rapport nieuw beleid of aannames. Zo merkte Laka op dat in het vorige rapport van oktober 2014 over het historisch kernafval in Petten te lezen was: “It is intended that all legacy waste from the Waste Storage Facility at Petten will have been removed before 2020.” Dat was behoorlijk nieuw, want er was toen een vergunning waarin stond dat het afval eind 2017 verwijderd moest zijn. Enfin, sinds die tijd is het historisch afval een heet hangijzer en is ook de deadline van 2020 al weer verleden tijd.
Zesde rapport gepubliceerd
In het rapport dat nu verschenen is (het zesde ondertussen) staat nieuw beleid uitdrukkelijk benoemt: “New additional policy”. Dat is een vooruitgang. Maar alle drie genoemde onderwerpen zijn al eerder beschreven.
* Covra gaat radioactief afval op slaan dat binnen enkele decennia (maximaal 50 jaar) vervalt tot onder de norm en dan als ‘raw material’ opnieuw gebruikt kan worden. Dit gaat bijv. over cyclotrons die dan niet in stukken gezaagd hoeven worden en in vaten gestopt te worden. Wordt al beschreven in het Nationaal Programma. Het nieuwe daaraan is dat er iets úit de Covra wordt gehaald. Beleid was altijd: als het eenmaal bij de Covra is, is het afval en blijft het daar.
* Nederland gaat, parallel aan internationale samenwerking, onderzoek doen naar de mogelijkheid en wenselijkheid om voorwaarden op te leggen aan import van radioactief afval voor opslag en eindberging in Nederland. Er staat ook nog ‘export’ in de zin, maar het gaat duidelijk om opslag en/of eindberging in Nederland, dus dan is export een vreemde toevoeging. Het onderzoek naar internationale opslag is niet nieuw, ook dat dat evt. in Nederland zou moeten kunnen is wel eens geopperd. Ook in het Nationaal Programma. Maar het bijzondere aan deze formulering is de ‘nationale’ component én de opslag. Dit zou het voorsorteren kunnen zijn op opslag bij de Covra van buitenlands afval, waarna, in de toekomst, ook de eindberging in Nederland plaats zal vinden. Er zijn een aantal landen die bezig zijn te kijken of hun radioactief afval misschien in het buitenland opgeslagen kan worden (Denemarken bijv.). Covra verkeert financieel in zwaar weer omdat het fonds voor de financiering van eindberging onvoldoende groeit, en extra afval uit het buitenland kan dan een welkome financiële aanvulling zijn. Zeeland als afvalputje?
* als derde staat onder ‘additional policy’: "flexibilisation of the timetable and disposal method". Een lofzang op de ‘flexibiliteit’ van het Nederlandse radioactief afvalbeleid omdat besloten is om tot 2130 bovengronds op te slaan. Maar dat is alleen maar NewSpeak en een alibi om nu geen besluiten te nemen omtrent eindberging..
Tot slot staat er ook in dit zesde rapport weer de intrigerende mededeling:
“Military or defence programmes.
The Netherlands has decided that waste originating from military or defense programmes will not be addressed in this report, unless this waste has been transferred permanently to and managed within civilian programmes.”