De provincie Noord-Holland heeft geen expertise om vragen over de noodzaak van de nieuwe Pallas-reactor te beantwoorden. Daarom heeft ze de belanghebbende partijen gevraagd die vragen te beantwoorden. Verder mogen veel vragen niet beantwoord worden omdat de business case geheim is. Deze merkwaardige gang van zaken blijkt uit de beantwoording van vragen naar aanleiding van een kritisch Laka-rapport. Tenslotte stelt de provincie dat "de toekomst zal leren” of aannames in het Laka-rapport juist zijn. Het maakt duidelijk dat er bij provincie en bij het Rijk geen onafhankelijke kennis is over de eventuele noodzaak van de Pallas-reactor.
De Gedeputeerde Staten van Noord-Holland hebben gisteren de antwoorden gepubliceerd op de vragen die de SP gesteld had naar aanleiding van het Laka rapport 'Pallas; tussen krimpende vraag en groeiende capaciteit'. Nou ja, de Gedeputeerde Staten? Omdat de vragen “grotendeels zeer technisch van karakter zijn“ heeft GS voor de beantwoording “de expertise ingeroepen van de Stichting Voorbereiding Pallas-reactor, de Nuclear Research and consultancy Group (NRG) en het ministerie van Economische Zaken.” Tsja, zo kunnen wij het ook: net de drie partijen die alle belang hebben bij het realiseren van Pallas. Daarnaast raken de vragen “aan de businesscase van Pallas die niet openbaar is waardoor er niet geciteerd kan worden uit analyses die gedaan zijn voor en door Pallas”. “Het is voor ons dan ook niet mogelijk om onze antwoorden te staven met cijfers.”
De meest terugkerende kritiek op de aannames in het Laka rapport is de mededeling: “Pas in de toekomst kan worden vastgesteld of de (veronder)stellingen in deze vraag correct zijn gebleken.” Een andere keer wordt gesteld dat “we” (in dit geval Pallas, NRG en EZ) het niet eens zijn met de analyse van Laka, maar “[G]ezien de vertrouwelijkheid van de businesscase van Pallas kunnen wij hier niet publiekelijk ingaan op de cijfers die raken aan de businesscase van Pallas.” Voor het eerst wordt nu wel toegegeven dat “de wereldwijde vraag naar technetium [is] inderdaad afgenomen”, maar hoeveel is dan weer geheim.
Hoewel de SP steeds weer vraagt om “uw antwoord te staven met cijfers” ontbreken die vrijwel altijd in de antwoorden: dat zal dan we te maken hebben met de business case van Pallas die geheim is en dat ook moet blijven. Gevolg is wel dat niet beoordeeld kan worden of de antwoorden (nogmaals: van de drie partijen die direct belang hebben bij de bouw van de reactor) enig hout snijden.
De manier van antwoorden van deze vragen maakt nog weer eens duidelijk dat er geen kennis is op het ministerie van EZ, anders was er geen reden de Stichting Voorbereiding Pallasreactor en NRG in te huren voor de beantwoording. Dit onderstreept de eerdere onthulling van Laka over dat gebrek aan kennis van het ministerie terwijl de provincie Noord-Holland onderdruk wordt gezet om Pallas te (blijven) steunen. Dat bleek uit papieren verkregen na een Wob-verzoek waar het ministerie van Economische Zaken die passage weglakte maar het ministerie van Infrastructuur en Milieu dezelfde passage leesbaar liet.
In april 2013 publiceerde Laka een rapport over de business case (‘tussen droom en werkelijkheid’) met als onderliggende eis dat die business case openbaar moest worden. Dat is nu, vier jaar later, nog steeds niet gebeurd. Hierdoor blijft iedereen in het duister tasten, en blijkt noch bij de provincie Noord-Holland, noch bij het Rijk de expertise aanwezig om zelfstandig vragen over de Pallas te beantwoorden. Dit terwijl Rijk en Provincie samen wel 80 miljoen euro steken in (de voorbereiding van) Pallas. Een lening weliswaar, maar het vergroot enorm de druk om door te gaan met het project. De enige manier waarop namelijk heel misschien (een deel) van de lening terug komt, is als Pallas in bedrijf komt.